SUIKER
Politiek theater over seizoenarbeiders in een suikerfabriek (1972)
Tekst: Hugo Claus
Regie: Eric Oosthoek
Producent: Noorder Compagnie
‘Sociaal gevoel, het is maar schijn…’
Seizoenarbeid, gastarbeid, ploegendienst en tariefwerk zijn bepalend voor het werken in een fabriek anno 1972. Deze arbeidssystemen betekenen een voordeel voor de top van het bedrijf: de ondernemer en de aandeelhouders krijgen het geld dat ze erin stoppen er ekstra snel weer uit, ze produceren meer in een kortere tijd. de winst stijgt steeds sneller. Voor de arbeiders betekent het dat hun gezinsleven in de war loopt, dat ze afstompen door het eentonige werk, dat de premie die zij krijgen in geen verhouding staat tot het winstaandeel van de topmensen. Dit alles is genoegzaam bekend.
Mijn vraag is of we daar niet wat aan moeten doen. Is het juist dat nieuwe fabrieken en machines, die worden betaald uit de winst gemaakt door een grote groep mensen, steeds weer het eigendom worden van maar een paar mensen uit die groep, namelijk de ondernemer en de aandeelhouders? Een aandeelhouder stopt zijn geld in een nieuw projekt en een arbeider zijn arbeidskracht, maar hun positie blijft verschillend. Is het rechtvaardig dat het hebben van geld nog steeds meer macht geeft en hoger gewaardeerd wordt, dan het bezitten van arbeidskracht?
Deze voorstelling over arbeiders en hun werk kan een aanleiding zijn om na te denken en te praten over wat er zit àchter het romantiese verhaal van Kilo, Malou en Max. Het kan een aanleiding zijn om na te denken over de manier waarop we werken en leven, en de gevolgen daarvan. Willen we dat alles zelf kiezen en maken of vinden we het goed dat een paar mensen, de mensen met geld, dat voor ons uitmaken. We moeten kiezen: willen we alles zoals het is, of willen we ingrijpen en onze eigen keus maken. Toneel kan een middel zijn om dit soort dingen aan te wijzen, om tegenstellingen duidelijk te maken en om te dwingen tot nadenken. Daarom Suiker, op déze manier.
Eric Oosthoek, augustus 1972.
Sociaal gevoel, het is maar schijn
er is er géén met sociaal gevoel.
doorlopend zijn zij bezig uit te kienen.
’t zijn schoften met één en ’t zelfde doel:
hoe zij aan jou nog meer kunnen verdienen,
hoe of zij zich nog meer kunnen verrijken
door jouw prestatie of door nog minder loon
en als het moet dan gaan zij over lijken.
hun sociaal gevoel, het is een hoon.
meestal zijn hun tongen van fluweel,
met zoete klank en altijd vol begrip,
maar het venijn steekt achter in hun keel.
dat spuwen zij als het maar even tegen zit.
want jij bent toch de hele kleine man,
die zij alleen maar willen breken.
pas jij niet netjes in hun duister plan,
dan zullen zij zich heus wel wreken.
zij zijn en blijven nimmer te vertrouwen.
alleen gedwongen geven zij iets toe.
zij geven uit zichzelf niets uit hun klauwen.
ze doen maar. vragen nooit waarom of hoe.
wie of nu de dupe wel zal worden, deert hen geen lor,
als zij het maar niet zijn.
zij krijgen vast niets minder op hun borden.
hun sociaal gevoel, het is maar schijn.
Engel Schepers (1972)
Cast: Hero Muller, Rutger Hauer, Sacco van der Made, Robert Sobels, Roel Nijboer, Coby Stunnenberg, Pieter Groenier en Luciano Harms.
Kostuums: Lind Koolhaas
Techniek: Nico Broers, Jan van Riesen
Productie: Piet Bruyn
Regie, bewerking en toneelbeeld: Eric Oosthoek
Première: 26 oktober 1972 in de Lawei – Drachten
De tijdens de voorstelling gebruikte liedteksten zijn met toestemming overgenomen uit materiaal van de VARA, o.a. uit het radio- en televisieprogramma ‘Van Onderen’.